Übersicht
Deutsch nach Niederländisch: mehr Daten
-
hinterherlaufen:
-
Wiktionary:
hinterherlaufen → achterlopen -
Synonyms for "hinterherlaufen":
hinterherrennen; nachlaufen; nachrennen
-
Wiktionary:
Deutsch
Detailübersetzungen für hinterherlaufen (Deutsch) ins Niederländisch
hinterherlaufen: (*Wort und Satz getrennt)
- hinterher: alsnog; achteraf; achteraan; daarna; nadien; later; naderhand; achterna
- laufen: gaan; lopen; stappen; zich voortbewegen; rennen; hardlopen; druppelen; druipen; droppen; druppen; druppels laten vallen; sijpelen; afdruipen; uitdruppelen; snellen; spoeden; tempo maken; in straaltjes afdruipen
- Laufen: lopen; geloop; rennen; hardlopen; hollen; snellen; zich snel voortbewegen
hinterherlaufen:
Synonyms for "hinterherlaufen":
Wiktionary Übersetzungen für hinterherlaufen:
hinterherlaufen
verb
-
een vroegere tijd aangeven dan de juiste
Computerübersetzung von Drittern: