Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. smal:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für smal (Niederländisch) ins Deutsch

smal:

smal Adjektiv

  1. smal (van geringe breedte; nauw; eng; smalletjes)
    schmal; eng; knapp

Übersetzung Matrix für smal:

AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
- nauw
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
eng eng; nauw; smal; smalletjes; van geringe breedte armzalig; bekrompen; benepen; berooid; dichtbij; eng; in de buurt; karig; kleingeestig; kleinzielig; krap; mager; met grote juistheid; met weinig ruimte; nabij; nabijgelegen; nauw; nauwgezet; pover; schamel; schraal; vlakbij
knapp eng; nauw; smal; smalletjes; van geringe breedte armzalig; bekrompen; benepen; berooid; bondig; dichtbij; droog; eng; in de buurt; karig; klein; kleingeestig; kleinzielig; krap; krap bij kas; mager; met weinig ruimte; nabij; nabijgelegen; nauw; nauwsluitend; niet overvloedig; ondermaats; pover; ragfijn; schamel; schraal; schriel; strak; summier; van geringe afmeting; vlakbij
schmal eng; nauw; smal; smalletjes; van geringe breedte eng; krap; met grote juistheid; met weinig ruimte; nauw; nauwgezet

Verwandte Wörter für "smal":


Synonyms for "smal":


Antonyme für "smal":


Verwandte Definitionen für "smal":

  1. met weinig ruimte van zijkant naar zijkant1
    • de steeg tussen het huis en de schuur is maar smal1

Wiktionary Übersetzungen für smal:

smal
adjective
  1. wenig breit

Cross Translation:
FromToVia
smal eng; schmal; begrenzt narrow — having a small width
smal schmal étroit — Traductions à trier suivant le sens

Computerübersetzung von Drittern:

Verwandte Übersetzungen für smal