Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. door:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für door (Niederländisch) ins Deutsch

door:

door Adjektiv

  1. door (ingevolge; als gevolg van; ten gevolge van)
    durch; infolge; zufolge; infolgedessen
  2. door (doorheen)
    durch; hindurch
  3. door (door middel van; middels)
    durch

Übersetzung Matrix für door:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
durch als gevolg van; door; door middel van; doorheen; ingevolge; middels; ten gevolge van waardoor
hindurch door; doorheen
infolge als gevolg van; door; ingevolge; ten gevolge van ingevolge hiervan; tengevolge van
infolgedessen als gevolg van; door; ingevolge; ten gevolge van aldus; bijgevolg; daarom; derhalve; dientengevolge; dus; zo; zodoende
zufolge als gevolg van; door; ingevolge; ten gevolge van ingevolge; overeenkomstig

Verwandte Definitionen für "door":

  1. ermee gemengd1
    • er zit al suiker door die pap1
  2. om aan te geven wie iets doet1
    • hij wordt door die leraar gepest1
  3. van het ene uiteinde naar het andere1
    • we liepen door de tuin naar de straat1
  4. vanuit een opening1
    • we keken door het raam naar binnen1

Wiktionary Übersetzungen für door:

door
preposition
  1. bij lijdende vorm
  2. oorzaak
  3. in
  4. als achterzetsel: doorheen
door
  1. in etwas hinein und auf der anderen Seite wieder heraus (wobei oft der Teil dazwischen das Wichtige ist)

Cross Translation:
FromToVia
door wegen after — as a result of
door von by — indication of passive voice
door von by — indicates creator of a work
door indem; durch; mittels; mit by — indicates a means
door aufgrund due to — caused by
door binnen- landlocked — surrounded by land

Verwandte Übersetzungen für door