Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. betrokken:
  2. betrekken:
  3. Wiktionary:
  4. User Contributed Translations for betrokken:
    • commited


Niederländisch

Detailübersetzungen für betrokken (Niederländisch) ins Englisch

betrokken:


Übersetzung Matrix für betrokken:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
let down afgang; echec; fiasco; flop; mislukking; misser; nederlaag; overwonnen-worden; verlies
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
let down afvallen; benadelen; dumpen; duperen; frustreren; laten vallen; laten zakken; ontgoochelen; tegenvallen; teleurstellen
AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
crestfallen beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld beduusd; beteuterd
disappointed beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld
disillusioned beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld
glum beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld beduusd; beteuterd
involved betrokken; ermee gemoeid zijn complex; gecompliceerd; ingewikkeld
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
being involved betrokken; ermee gemoeid zijn
down in the mouth beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld
let down beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld

Verwandte Wörter für "betrokken":


Wiktionary Übersetzungen für betrokken:

betrokken
adjective
  1. covered with clouds; overshadowed; darkened

Cross Translation:
FromToVia
betrokken somber; dark; gloomy sombre — Qui est peu éclairer ; qui recevoir peu de lumière ; qui est obscur.

betrekken:

betrekken Verb (betrek, betrekt, betrok, betrokken, betrokken)

  1. betrekken
    cloud over; to become overcast; to darken

Konjugationen für betrekken:

o.t.t.
  1. betrek
  2. betrekt
  3. betrekt
  4. betrekken
  5. betrekken
  6. betrekken
o.v.t.
  1. betrok
  2. betrok
  3. betrok
  4. betrokken
  5. betrokken
  6. betrokken
v.t.t.
  1. heb betrokken
  2. hebt betrokken
  3. heeft betrokken
  4. hebben betrokken
  5. hebben betrokken
  6. hebben betrokken
v.v.t.
  1. had betrokken
  2. had betrokken
  3. had betrokken
  4. hadden betrokken
  5. hadden betrokken
  6. hadden betrokken
o.t.t.t.
  1. zal betrekken
  2. zult betrekken
  3. zal betrekken
  4. zullen betrekken
  5. zullen betrekken
  6. zullen betrekken
o.v.t.t.
  1. zou betrekken
  2. zou betrekken
  3. zou betrekken
  4. zouden betrekken
  5. zouden betrekken
  6. zouden betrekken
en verder
  1. ben betrokken
  2. bent betrokken
  3. is betrokken
  4. zijn betrokken
  5. zijn betrokken
  6. zijn betrokken
diversen
  1. betrek!
  2. betrekt!
  3. betrokken
  4. betrekkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für betrekken:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
become overcast betrekken
cloud over betrekken
darken betrekken verdonkeren; verduisteren; versomberen

Verwandte Definitionen für "betrekken":

  1. er gaan wonen1
    • wanneer betrek je het nieuwe huis?1
  2. erbij halen, erin mengen1
    • wij betrekken onze kinderen bij elke beslissing1
  3. kopen of halen1
    • waar betrek je die aardappels van?1
  4. met wolken bedekt1
    • de lucht is betrokken1

Wiktionary Übersetzungen für betrekken:

betrekken
verb
  1. bewolkt raken

Cross Translation:
FromToVia
betrekken include einbeziehentrennbar, transitiv: jemanden oder etwas zu einer Gruppe rechnen, in eine Gruppe hineinnehmen
betrekken entangle; implicate; ensnare; involve empêtrerengager dans des entraves, dans ce qui gêner. — note Il se dit proprement parler des pieds, des jambes.
betrekken entangle; implicate; ensnare; involve entortillerenvelopper un objet dans quelque chose que l’on tortiller ou tortiller quelque chose autour d’un objet.
betrekken engross obnubiler — Obséder