Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. zegel:
  2. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für zegel (Niederländisch) ins Spanisch

zegel:

zegel [de ~ (m)] Nomen

  1. de zegel (inktstempel; stempel)
    la imprenta; el sello; el sello de goma; el sello de garantía
  2. de zegel (plakzegel)
    el sello
  3. de zegel (spaarzegel)
    el cupón

Übersetzung Matrix für zegel:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
cupón spaarzegel; zegel bekeuring; bewijsje; boete; bon; coupon; lap; ontvangstbewijs; reçu; stortingsbewijs; stuk stof; voucher
imprenta inktstempel; stempel; zegel bedrukking; boekdrukkerij; boekdrukkunst; drukkerij; drukkunst; keur; waarborg
sello inktstempel; plakzegel; stempel; zegel afdichting; eigenschap; herkenningsteken; karakterisering; karakteristiek; kenmerk; kwaliteitsmerk; postzegel; typering; verzegeling; waarmerk; zegelafdruk
sello de garantía inktstempel; stempel; zegel keur; kwaliteitsmerk; waarborg; waarmerk
sello de goma inktstempel; stempel; zegel

Verwandte Wörter für "zegel":

  • zegelen, zegels, zegeltje, zegeltjes

Wiktionary Übersetzungen für zegel:

zegel
noun
  1. een middel om een voorwerp zodanig af te sluiten dat er later nagegaan kan worden of het geopend is
  2. een stukje papier meestal voorzien van een plaklaag dat dient om aan te geven dat betaling heeft plaatsgevonden

Cross Translation:
FromToVia
zegel sello seal — pattern, design
zegel sello seal — something which will be visibly damaged when a container is opened
zegel sello sceau — Traductions à trier suivant le sens
zegel sello timbre — (En particulier) Petit morceau de papier portant l’effigie du souverain, ou une autre marque, et qui sert à l’affranchissement des lettres envoyées par la poste.

Verwandte Übersetzungen für zegel