Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. verschaald:
  2. verschalen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für verschaald (Niederländisch) ins Französisch

verschaald:


verschaald form of verschalen:

verschalen Verb (verschaal, verschaalt, verschaalde, verschaalden, verschaald)

  1. verschalen

Konjugationen für verschalen:

o.t.t.
  1. verschaal
  2. verschaalt
  3. verschaalt
  4. verschalen
  5. verschalen
  6. verschalen
o.v.t.
  1. verschaalde
  2. verschaalde
  3. verschaalde
  4. verschaalden
  5. verschaalden
  6. verschaalden
v.t.t.
  1. ben verschaald
  2. bent verschaald
  3. is verschaald
  4. zijn verschaald
  5. zijn verschaald
  6. zijn verschaald
v.v.t.
  1. was verschaald
  2. was verschaald
  3. was verschaald
  4. waren verschaald
  5. waren verschaald
  6. waren verschaald
o.t.t.t.
  1. zal verschalen
  2. zult verschalen
  3. zal verschalen
  4. zullen verschalen
  5. zullen verschalen
  6. zullen verschalen
o.v.t.t.
  1. zou verschalen
  2. zou verschalen
  3. zou verschalen
  4. zouden verschalen
  5. zouden verschalen
  6. zouden verschalen
diversen
  1. verschaal!
  2. verschaalt!
  3. verschaald
  4. verschalend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für verschalen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
s'éventer verschalen