Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. loshalen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für loshalen (Niederländisch) ins Französisch

loshalen:

loshalen Verb

  1. loshalen (uithalen)
    enlever; relever; sortir; retirer
    • enlever Verb (enlève, enlèves, enlevons, enlevez, )
    • relever Verb (relève, relèves, relevons, relevez, )
    • sortir Verb (sors, sort, sortons, sortez, )
    • retirer Verb (retire, retires, retirons, retirez, )

Übersetzung Matrix für loshalen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
enlever loshalen; uithalen aanwrijven; achteroverdrukken; afhalen; afnemen; afplukken; afrukken; afscheuren; benemen; beroven; beroven van; beschuldigen; bestelen; blameren; depriveren; erafhalen; eruit nemen; gappen; iemand iets aanrekenen; iemand iets verwijten; inpikken; jatten; kapen; kidnappen; kwalijk nemen; laken; ledigen; leeghalen; leegmaken; leegstelen; legen; lospeuteren; losplukken; meenemen; naar buiten halen; nadragen; ontfutselen; ontkleden; ontnemen; ontvoeren; ontvreemden; ophalen; pikken; plukken; plunderen; roven; ruimen; schaken; snaaien; stelen; te kort doen; toeëigenen; uitdoen; uitgommen; uithalen; uitkleden; uitnemen; uittrekken; uitvegen; uitvlakken; uitwissen; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervreemden; vlakken; voor de voeten gooien; weghalen; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken; wegsnijden; wegsteken; wegstoppen; wegvegen; wissen
relever loshalen; uithalen gaan staan; hoger maken; hooghouden; in de hoogte houden; naar buiten halen; omhooghalen; omhooghouden; omhoogkomen; ophalen; ophogen; ophouden; opkalefateren; opklappen; opknappen; oplappen; oprollen; opstaan; opstropen; opvijzelen; uithalen; verheffen; verhogen
retirer loshalen; uithalen aanwrijven; achteroverdrukken; afbestellen; afgelasten; afnemen; afzeggen; annuleren; bedaren; bedwingen; beheersen; benemen; beroven van; beschuldigen; beteugelen; blameren; depriveren; gappen; herroepen; iemand iets aanrekenen; iemand iets verwijten; in bedwang houden; inpikken; intomen; intrekken; jatten; kapen; kwalijk nemen; laken; ledigen; leeghalen; leegmaken; leegstelen; matigen; nadragen; nietig verklaren; ontfutselen; ontnemen; ontvreemden; pikken; plunderen; roven; snaaien; stelen; te kort doen; terugkomen op; terugroepen; toeëigenen; uithalen; verdonkeremanen; verdonkeren; verduisteren; vervreemden; voor de voeten gooien; wegkapen; wegnemen; wegpakken; wegpikken; zijn woorden terugnemen
sortir loshalen; uithalen de hort op gaan; eruit gaan; heengaan; ledigen; leeghalen; leegmaken; naar buiten halen; puilen; stappen; te voorschijn halen; uitgaan; uitgeven; uithalen; uitpuilen; verlaten; vertrekken; voor de dag halen
OtherVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
sortir uitkomen; uitstromen