Übersicht
Niederländisch
Detailed Synonyms for pot in Niederländisch
pot:
-
de pot
-
de pot
-
de pot
-
de pot
-
de pot
-
de pot
– geld dat ingezet wordt bij een spel 1 -
de pot
– lage schaal om in te plassen 1 -
de pot
– vat van aardewerk of glas 1
Verwandte Wörter für "pot":
Verwandte Definitionen für "pot":
pot form of potten:
-
potten
Konjugationen für potten:
o.t.t.
- pot
- pot
- pot
- potten
- potten
- potten
o.v.t.
- potte
- potte
- potte
- potten
- potten
- potten
v.t.t.
- heb gepot
- hebt gepot
- heeft gepot
- hebben gepot
- hebben gepot
- hebben gepot
v.v.t.
- had gepot
- had gepot
- had gepot
- hadden gepot
- hadden gepot
- hadden gepot
o.t.t.t.
- zal potten
- zult potten
- zal potten
- zullen potten
- zullen potten
- zullen potten
o.v.t.t.
- zou potten
- zou potten
- zou potten
- zouden potten
- zouden potten
- zouden potten
en verder
- is gepot
- zijn gepot
diversen
- pot!
- pot!
- gepot
- pottend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
het potten