Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. lonen:
  2. loon:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für lonen (Niederländisch) ins Schwedisch

lonen:

lonen Verb (loon, loont, loonde, loonden, geloond)

  1. lonen
    betala
    • betala Verb (betalar, betalade, betalat)

Konjugationen für lonen:

o.t.t.
  1. loon
  2. loont
  3. loont
  4. lonen
  5. lonen
  6. lonen
o.v.t.
  1. loonde
  2. loonde
  3. loonde
  4. loonden
  5. loonden
  6. loonden
v.t.t.
  1. heb geloond
  2. hebt geloond
  3. heeft geloond
  4. hebben geloond
  5. hebben geloond
  6. hebben geloond
v.v.t.
  1. had geloond
  2. had geloond
  3. had geloond
  4. hadden geloond
  5. hadden geloond
  6. hadden geloond
o.t.t.t.
  1. zal lonen
  2. zult lonen
  3. zal lonen
  4. zullen lonen
  5. zullen lonen
  6. zullen lonen
o.v.t.t.
  1. zou lonen
  2. zou lonen
  3. zou lonen
  4. zouden lonen
  5. zouden lonen
  6. zouden lonen
diversen
  1. loon!
  2. loont!
  3. geloond
  4. lonend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für lonen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
betala lonen afrekenen; bekopen; bekostigen; besteden; betalen; dokken; spenderen; uitgeven; voldoen; zich kwijten

Verwandte Wörter für "lonen":


Wiktionary Übersetzungen für lonen:


Cross Translation:
FromToVia
lonen betala; löna pay — to be profitable
lonen belöna récompenserdonner une récompense, faire du bien à quelqu’un en reconnaissance de quelque service, ou en faveur de quelque bonne action.
lonen gälla valoir — Être d’un certain prix, avoir un certain mérite (sens général)

lonen form of loon:

loon [het ~] Nomen

  1. het loon (salaris; honorarium; bezoldiging; )
    lön; inkomst; betalning; avlöning
  2. het loon (salaris; bezoldiging; gage; inkomen)
    lön; avlöning
  3. het loon (salaris; inkomen uit onderneming; inkomen)
    lön; inkomst; betalning
  4. het loon (beloning; vergoeding)
    belöning
  5. het loon (arbeidsinkomen; salaris; inkomen)
  6. het loon
    lön

Übersetzung Matrix für loon:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
avlöning arbeidsloon; bezoldiging; gage; honorarium; inkomen; loon; salaris; soldij; traktement; verdienste; wedde
belöning beloning; loon; vergoeding
betalning arbeidsloon; bezoldiging; gage; honorarium; inkomen; inkomen uit onderneming; loon; salaris; soldij; traktement; verdienste; wedde afrekening; afrekening in het criminele circuit; betalen; betaling; dokken; genoegdoening; nettolading; soldij; uitbetaling; voldoen; volstorten; volstorting; wedde
frukten av ens arbete arbeidsinkomen; inkomen; loon; salaris
inkomst arbeidsinkomen; arbeidsloon; bezoldiging; gage; honorarium; inkomen; inkomen uit onderneming; loon; salaris; soldij; traktement; verdienste; wedde inkomen; inkomsten; ontvangsten; verdiensten
lön arbeidsloon; bezoldiging; gage; honorarium; inkomen; inkomen uit onderneming; loon; salaris; soldij; traktement; verdienste; wedde betaling; kostenvergoeding; salariëring; vergelding; vergoeding
- salaris; verdienste

Verwandte Wörter für "loon":

  • lonen, loontje, loontjes

Synonyms for "loon":


Verwandte Definitionen für "loon":

  1. geld dat je krijgt voor werk1
    • aan het eind van de maand krijg ik mijn loon1

Wiktionary Übersetzungen für loon:


Cross Translation:
FromToVia
loon lön LohnVergütung für eine geleistete Arbeit der Arbeiter
loon belöning reward — something of value given in return for an act
loon lön salary — fixed amount of money paid on monthly or annual basis
loon lön wage — money paid to a worker
loon arvode; avlöning; lön; sold salairerémunération pour un travail.