Niederländisch

Detailübersetzungen für afgezaagd (Niederländisch) ins Deutsch

afgezaagd:

afgezaagd Adjektiv

  1. afgezaagd (vervelend; saai; ellendig; )
    schwerlich; lästig; sauer; schwierig; unangenehm; langweilig; mies; hinderlich; beschwerlich; öde; schwer; problematisch; unbequem; mühsam
  2. afgezaagd (saai; vervelend; eentonig; )
    langweilig; eintönig; fahl; schlafbringend; öde; fade; geisttötend; geistlos; einförmig

Übersetzung Matrix für afgezaagd:

AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
schwer groots; grootschalig; reuze
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
beschwerlich afgezaagd; ellendig; langdraadig; langwijlig; lastig; melig; rot; saai; vervelend bezwaarlijk; delicaat; ergerlijk; hachelijk; irritant; kritiek; lastig; met bezwaren; netelig; penibel; precair; vervelend
einförmig afgezaagd; eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend eender; eenvormig; exact hetzelfde; geheel gelijk; gelijk; hetzelfde; identiek; net zo; uniform
eintönig afgezaagd; eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend
fade afgezaagd; eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend eentonig; flauw; langdradig; melig; monotoon; saai; slaapverwekkend; smakeloos; taai; zonder afleiding; zonder smaak; zouteloos
fahl afgezaagd; eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend bleek; flauw; flets; grauw; kleurloos; mistig; nevelachtig; onduidelijk; onhelder; pips; vaag; vaal; vagelijk; verschoten; wazig
geistlos afgezaagd; eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend achterlijk; afgestompt; afstompend; breinloos; dom; dood; eentonig; eenvoudig; geestdodend; geesteloos; gemakkelijk; hersenloos; idioot; inhoudsloos; langdradig; leeg; levenloos; licht; makkelijk; niet bezield; niet moeilijk; onbenullig; onbezield; onnozel; onverstandig; saai; simpel; stom; stompzinnig; stupide; suf; taai; verstandeloos; zonder afleiding
geisttötend afgezaagd; eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend achterlijk; afgestompt; afstompend; breinloos; dom; eentonig; geestdodend; geesteloos; hersenloos; idioot; langdradig; onbenullig; onnozel; onverstandig; saai; stom; stompzinnig; stupide; suf; taai; verstandeloos; zonder afleiding
hinderlich afgezaagd; ellendig; langdraadig; langwijlig; lastig; melig; rot; saai; vervelend delicaat; hachelijk; hinder veroorzakend; hinderlijk; kritiek; lastig; netelig; onaangenaam; ongemakkelijk; penibel; precair; storend
langweilig afgezaagd; eentonig; ellendig; langdraadig; langwijlig; lastig; melig; monotoon; rot; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend afstompend; eentonig; geestdodend; langdradig; monotoon; saai; slaapverwekkend; stom; suf; taai; zonder afleiding
lästig afgezaagd; ellendig; langdraadig; langwijlig; lastig; melig; rot; saai; vervelend bezwaarlijk; delicaat; gegeneerd; hachelijk; hinder veroorzakend; hinderlijk; kritiek; krukkig; lastig; lastige; met bezwaren; naar; netelig; niet schikkend; onaangenaam; onbeholpen; oncomfortabel; ongelegen; ongemakkelijk; ongerieflijk; onhandig; onplezierig; onverkwikkelijk; opgelaten; penibel; precair; schutterig; slungelig; storend; stumperig; stuntelig; sukkelig
mies afgezaagd; ellendig; langdraadig; langwijlig; lastig; melig; rot; saai; vervelend bedriegelijk; donker; dubieus; duister; gefingeerd; gemeen; glibberig; laag; laag-bij-de-grond; laaghartig; min; nagemaakt; niet hoog; obscuur; onecht; onedel; onguur; onwaar; slecht; vals; verdacht
mühsam afgezaagd; ellendig; langdraadig; langwijlig; lastig; melig; rot; saai; vervelend moeizaam
problematisch afgezaagd; ellendig; langdraadig; langwijlig; lastig; melig; rot; saai; vervelend kritisch; met veel moeilijkheden gepaard gaan; moeilijk; problematisch
sauer afgezaagd; ellendig; langdraadig; langwijlig; lastig; melig; rot; saai; vervelend bitter; boos; ergerlijk; gebelgd; gepikeerd; geprikkeld; giftig; hard; hardop; irritant; kwaad; luid; misnoegd; nijdig; ontevreden; ontstemd; verbolgen; vertoornd; vervelend; woedend; wrang; wrevelig; zeer boos; zuur; zuur smakend
schlafbringend afgezaagd; eentonig; monotoon; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend
schwer afgezaagd; ellendig; langdraadig; langwijlig; lastig; melig; rot; saai; vervelend aanmerkelijk; aanzienlijk; agressief; beduidend; behoorlijk; beklemmend; delicaat; dikwijls; enorm; flink; fors; frequent; geducht; gewelddadig; grof; grofgebouwd; hachelijk; hinderlijk; in hoge mate; knellend; kritiek; lastig; lomp; machtig; massief; meermaals; menigmaal; met een groot gewicht; moeilijk verteerbaar; naar; netelig; niet hol; nijpend; onaangenaam; ongelegen; onplezierig; onverkwikkelijk; penibel; precair; regelmatig; ruw; slecht verteerbaar; smartelijk; storend; vaak; veelvuldig; zwaar
schwerlich afgezaagd; ellendig; langdraadig; langwijlig; lastig; melig; rot; saai; vervelend
schwierig afgezaagd; ellendig; langdraadig; langwijlig; lastig; melig; rot; saai; vervelend belastend; bezwarend; complex; delicaat; eigenwijs; eigenzinnig; gecompliceerd; gevaarlijk; gewaagd; hachelijk; hard; hardhoofdig; hardop; hinderlijk; ingewikkeld; keihard; koppig; kritiek; kritisch; lastig; luid; met veel moeilijkheden gepaard gaan; moeilijk; moeilijk begaanbaar; netelig; onaangenaam; onwillig; oorverdovend; penibel; precair; problematisch; risicovol; riskant; storend; tegendraads; weerbarstig; weerspannig
unangenehm afgezaagd; ellendig; langdraadig; langwijlig; lastig; melig; rot; saai; vervelend brutaal; delicaat; ergerlijk; gegeneerd; hachelijk; hinderlijk; hondsbrutaal; huiveringwekkend; ijselijk; ijzingwekkend; irritant; kil; koud en vochtig; kritiek; lastig; lelijk; lelijk uitziend; naar; netelig; niet schikkend; onaangenaam; onbehaaglijk; ongelegen; ongemakkelijk; onplezierig; onprettig; onverkwikkelijk; onwennig; opgelaten; penibel; precair; storend; stuitend; vervelend; vrijpostig
unbequem afgezaagd; ellendig; langdraadig; langwijlig; lastig; melig; rot; saai; vervelend delicaat; gegeneerd; hachelijk; hinderlijk; kritiek; lastig; naar; netelig; niet schikkend; onaangenaam; onbehaaglijk; ongelegen; ongemakkelijk; onplezierig; onprettig; onverkwikkelijk; onwennig; opgelaten; penibel; precair; storend
öde afgezaagd; eentonig; ellendig; langdraadig; langwijlig; lastig; melig; monotoon; rot; saai; slaapverwekkend; suf; vervelend afgezonderd; armzalig; bitter teleurgesteld; desolaat; doods; dor; droog; eentonig; eenzaam; karig; langdradig; mager; monotoon; pover; saai; schamel; schraal; slaapverwekkend; taai; uitgestorven; verbitterd; verdord; vereenzaamd; verlaten; zonder afleiding

Antonyme für "afgezaagd":


Verwandte Definitionen für "afgezaagd":

  1. het verveelt omdat het altijd zo gedaan of gezegd wordt1
    • hij had weer een afgezaagd verhaal1

Wiktionary Übersetzungen für afgezaagd:


Cross Translation:
FromToVia
afgezaagd abgedroschen; banal; abgenutzt hackneyed — repeated too often
afgezaagd nervtötend mundane — tedious
afgezaagd banal; platt; nichtssagend; abgedroschen trite — worn out; hackneyed; used so many times that it is no longer interesting or effective
afgezaagd abgedroschen; alltägich; banal; fade; fad banal — (figuré) Qui se met à la disposition de tout le monde.