Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. ingewikkeldheid:
  2. ingewikkeld:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für ingewikkeldheid (Niederländisch) ins Deutsch

ingewikkeldheid:

ingewikkeldheid [de ~ (v)] Nomen

  1. de ingewikkeldheid (gecompliceerdheid)
    die Komplikation; die Kompliziertheit
  2. de ingewikkeldheid (moeilijkheid; probleem)
    Problem; die Schwierigkeit

Übersetzung Matrix für ingewikkeldheid:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
Komplikation gecompliceerdheid; ingewikkeldheid complicatie; probleem
Kompliziertheit gecompliceerdheid; ingewikkeldheid complicatie; probleem
Problem ingewikkeldheid; moeilijkheid; probleem hersenbreker; issue; kwestie; kwesties; narigheden; probleem; problematiek; problemen; punt; puzzel; vraagstuk
Schwierigkeit ingewikkeldheid; moeilijkheid; probleem complicatie; gelazer; moeilijkheden; moeilijkheid; moeizaamheid; narigheid; netelige zaak; ongemak; ongerief; penarie; probleem; problemen; sores; starheid; stijfheid; strafheid; stugheid; stuursheid; trammelant; zorgen

Verwandte Wörter für "ingewikkeldheid":


Wiktionary Übersetzungen für ingewikkeldheid:


Cross Translation:
FromToVia
ingewikkeldheid Vielfalt complexity — The state of being complex; intricacy; entanglement

ingewikkeld:

ingewikkeld Adjektiv

  1. ingewikkeld (gecompliceerd; complex)
    kompliziert; komplex; schwierig
  2. ingewikkeld (gewikkeld in)

Übersetzung Matrix für ingewikkeld:

AdjectiveVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
- lastig; moeilijk
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
eingewickelt in gewikkeld in; ingewikkeld
komplex complex; gecompliceerd; ingewikkeld
kompliziert complex; gecompliceerd; ingewikkeld kritisch; moeilijk; problematisch
schwierig complex; gecompliceerd; ingewikkeld afgezaagd; belastend; bezwarend; delicaat; eigenwijs; eigenzinnig; ellendig; gevaarlijk; gewaagd; hachelijk; hard; hardhoofdig; hardop; hinderlijk; keihard; koppig; kritiek; kritisch; langdraadig; langwijlig; lastig; luid; melig; met veel moeilijkheden gepaard gaan; moeilijk; moeilijk begaanbaar; netelig; onaangenaam; onwillig; oorverdovend; penibel; precair; problematisch; risicovol; riskant; rot; saai; storend; tegendraads; vervelend; weerbarstig; weerspannig
verwickelt gewikkeld in; ingewikkeld

Verwandte Wörter für "ingewikkeld":

  • ingewikkeldheid, ingewikkelder, ingewikkeldere, ingewikkeldst, ingewikkeldste

Synonyms for "ingewikkeld":


Antonyme für "ingewikkeld":


Verwandte Definitionen für "ingewikkeld":

  1. het zit zo in elkaar dat je het moeilijk kunt snappen1
    • de stof heeft een ingewikkeld patroon1
  2. wat veel inspanning kost om te doen1
    • goed bouwen is erg ingewikkeld1

Wiktionary Übersetzungen für ingewikkeld:

ingewikkeld
adjective
  1. niet eenvoudig en zeer samengesteld

Cross Translation:
FromToVia
ingewikkeld kompliziert complex — intricate
ingewikkeld kompliziert complex — not simple or straightforward
ingewikkeld kompliziert complicated — difficult or convoluted
ingewikkeld aufwendig; kompliziert intricate — having a great deal of fine detail or complexity
ingewikkeld erschwert compliquécomplexe, embrouillé.

Computerübersetzung von Drittern: