Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. kalm worden:


Niederländisch

Detailübersetzungen für kalm worden (Niederländisch) ins Deutsch

kalm worden:

kalm worden Verb (word kalm, wordt kalm, werd kalm, werden kalm, kalm geworden)

  1. kalm worden (rustig worden)
    ruhig werden; beruhigen

Konjugationen für kalm worden:

o.t.t.
  1. word kalm
  2. wordt kalm
  3. wordt kalm
  4. worden kalm
  5. worden kalm
  6. worden kalm
o.v.t.
  1. werd kalm
  2. werd kalm
  3. werd kalm
  4. werden kalm
  5. werden kalm
  6. werden kalm
v.t.t.
  1. ben kalm geworden
  2. bent kalm geworden
  3. is kalm geworden
  4. zijn kalm geworden
  5. zijn kalm geworden
  6. zijn kalm geworden
v.v.t.
  1. was kalm geworden
  2. was kalm geworden
  3. was kalm geworden
  4. waren kalm geworden
  5. waren kalm geworden
  6. waren kalm geworden
o.t.t.t.
  1. zal kalm worden
  2. zult kalm worden
  3. zal kalm worden
  4. zullen kalm worden
  5. zullen kalm worden
  6. zullen kalm worden
o.v.t.t.
  1. zou kalm worden
  2. zou kalm worden
  3. zou kalm worden
  4. zouden kalm worden
  5. zouden kalm worden
  6. zouden kalm worden
diversen
  1. word kalm!
  2. wordt kalm!
  3. kalm geworden
  4. kalm wordend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für kalm worden:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
beruhigen kalm worden; rustig worden bedaren; bijleggen; geruststellen; kalmeren; schikken; sussen; tot kalmte manen; verzoenen; vrede sluiten
ruhig werden kalm worden; rustig worden

Verwandte Übersetzungen für kalm worden