Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. ordelijk:


Niederländisch

Detailübersetzungen für ordelijk (Niederländisch) ins Deutsch

ordelijk:

ordelijk Adjektiv

  1. ordelijk (gerangschikt; opgeruimd)
  2. ordelijk (opgeruimd; netjes; schoon)
    ordentlich; sauber; gepflegt; tadellos; aufgeräumt

Übersetzung Matrix für ordelijk:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
aufgeräumt netjes; opgeruimd; ordelijk; schoon opgeruimd; ordelijk gemaakt; proper; schoon; zindelijk; zuiver
geordnet gerangschikt; opgeruimd; ordelijk geordend; gepland; goed geordend; methodisch; planmatig; proper; schoon; stelselmatig; systematisch; welgeordend; zindelijk
gepflegt netjes; opgeruimd; ordelijk; schoon aangekleed; beschaafd; chic; decent; deftig; eerbaar; elegant; esthetisch; fatsoenlijk; geciviliseerd; gecultiveerd; gedistingeerd; gekleed; manierlijk; met zorg aangekweekt; modieuze verfijning; netjes; ontwikkeld; proper; schoon; smaakvol; stijlvol; verfijnd; vooraanstaand; voornaam; welvoeglijk; zindelijk
gleichmäßig gerangschikt; opgeruimd; ordelijk bestendig; constant; dikwijls; frequent; gelijkelijk; geordend; geregeld; lijkend; meermaals; menigmaal; met vast ritme; regelmatig; vaak; veelvuldig
ordentlich netjes; opgeruimd; ordelijk; schoon behoorlijk; betamelijk; correct; danig; deugdzaam; duchtig; eerzaam; fatsoenlijk; goed geordend; keurig; methodisch; netjes; onberispelijk; onbesproken; ordentelijk; planmatig; proper; schoon; stelselmatig; systematisch; welgeordend; welgevoeglijk; welvoeglijk; zedig; zindelijk; zuiver
regelmäßig gerangschikt; opgeruimd; ordelijk bestendig; constant; dikwijls; frequent; geregeld; meermaals; menigmaal; met regelmaat; met vast ritme; op vaste tijden; regelmatig; regulier; vaak; veelvuldig
sauber netjes; opgeruimd; ordelijk; schoon brandschoon; decent; eerbaar; fatsoenlijk; gekuist; gereinigd; gewoonweg; hygienisch; hygiënisch; klinkklaar; kuis; manierlijk; netjes; onbevlekt; onschuldig; onvermengd; proper; pure; puur; rechttoe; rein; schoon; smetteloos; vlekkeloos; welvoeglijk; zedig gemaakt; zindelijk; zuiver; zuivere
tadellos netjes; opgeruimd; ordelijk; schoon akkoord; correct; foutloos; gaaf; goed; hoogwaardig; ideaal; in orde; juist; keurig; loepzuiver; mee eens; mieters; onaangetast; onberispelijk; onbesproken; patent; perfect; precies; prima; puntgaaf; schitterend; tof; uitmuntend; uitstekend; van goede kwaliteit; volmaakt; voortreffelijk

Verwandte Wörter für "ordelijk":


Computerübersetzung von Drittern:

Verwandte Übersetzungen für ordelijk