Übersicht
Niederländisch nach Deutsch:   mehr Daten
  1. toeneigen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für toeneigen (Niederländisch) ins Deutsch

toeneigen:

toeneigen Verb (eigen toe, eigent toe, eigende toe, eigenden toe, toegeeigend)

  1. toeneigen (zwemen; tenderen naar)

Konjugationen für toeneigen:

o.t.t.
  1. eigen toe
  2. eigent toe
  3. eigent toe
  4. eigenen toe
  5. eigenen toe
  6. eigenen toe
o.v.t.
  1. eigende toe
  2. eigende toe
  3. eigende toe
  4. eigenden toe
  5. eigenden toe
  6. eigenden toe
v.t.t.
  1. heb toegeeigend
  2. hebt toegeeigend
  3. heeft toegeeigend
  4. hebben toegeeigend
  5. hebben toegeeigend
  6. hebben toegeeigend
v.v.t.
  1. had toegeeigend
  2. had toegeeigend
  3. had toegeeigend
  4. hadden toegeeigend
  5. hadden toegeeigend
  6. hadden toegeeigend
o.t.t.t.
  1. zal toeneigen
  2. zult toeneigen
  3. zal toeneigen
  4. zullen toeneigen
  5. zullen toeneigen
  6. zullen toeneigen
o.v.t.t.
  1. zou toeneigen
  2. zou toeneigen
  3. zou toeneigen
  4. zouden toeneigen
  5. zouden toeneigen
  6. zouden toeneigen
en verder
  1. ben toegeeigend
  2. bent toegeeigend
  3. is toegeeigend
  4. zijn toegeeigend
  5. zijn toegeeigend
  6. zijn toegeeigend
diversen
  1. eigen toe!
  2. eigent toe!
  3. toegeeigend
  4. toeeigenend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für toeneigen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
zuneigen tenderen naar; toeneigen; zwemen

Computerübersetzung von Drittern: