Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. misrekenen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für misrekenen (Niederländisch) ins Englisch

misrekenen:

misrekenen Verb (misreken, misrekent, misrekende, misrekenden, misrekend)

  1. misrekenen (vergissen; het mis hebben; feilen)
    to mistake; being wrong
  2. misrekenen (een rekenfout maken; verrekenen)
    to miscalculate
    • miscalculate Verb (miscalculates, miscalculated, miscalculating)

Konjugationen für misrekenen:

o.t.t.
  1. misreken
  2. misrekent
  3. misrekent
  4. misrekenen
  5. misrekenen
  6. misrekenen
o.v.t.
  1. misrekende
  2. misrekende
  3. misrekende
  4. misrekenden
  5. misrekenden
  6. misrekenden
v.t.t.
  1. heb misrekend
  2. hebt misrekend
  3. heeft misrekend
  4. hebben misrekend
  5. hebben misrekend
  6. hebben misrekend
v.v.t.
  1. had misrekend
  2. had misrekend
  3. had misrekend
  4. hadden misrekend
  5. hadden misrekend
  6. hadden misrekend
o.t.t.t.
  1. zal misrekenen
  2. zult misrekenen
  3. zal misrekenen
  4. zullen misrekenen
  5. zullen misrekenen
  6. zullen misrekenen
o.v.t.t.
  1. zou misrekenen
  2. zou misrekenen
  3. zou misrekenen
  4. zouden misrekenen
  5. zouden misrekenen
  6. zouden misrekenen
diversen
  1. misreken!
  2. misrekent!
  3. misrekend
  4. misrekenend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für misrekenen:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
mistake abuis; blunder; domheid; dwaling; flater; fout; giller; misgreep; misrekening; misser; misslag; misstap; misverstand; vergissing
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
being wrong feilen; het mis hebben; misrekenen; vergissen
miscalculate een rekenfout maken; misrekenen; verrekenen verrekenen; zich bij het rekenen vergissen; zich misrekenen
mistake feilen; het mis hebben; misrekenen; vergissen

Computerübersetzung von Drittern:

Verwandte Übersetzungen für misrekenen