Übersicht
Niederländisch nach Englisch:   mehr Daten
  1. routine:


Niederländisch

Detailübersetzungen für routine (Niederländisch) ins Englisch

routine:

routine [de ~ (v)] Nomen

  1. de routine (ervaring; praktijk)
    the practice; the experience; the routine; the skill; the practise

Übersetzung Matrix für routine:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
experience ervaring; praktijk; routine belevenis; beleving; bevinding; ervaring; meemaken van een gebeurtenis; ondervinden; ondervinding
practice ervaring; praktijk; routine aanwenden; aanwending; dokteren; gebruik; oefening; oplappen; toepassing; uitoefening; vaardigheidsoefening; werkervaring
practise ervaring; praktijk; routine aanwenden; aanwending; dokteren; gebruik; oefening; oplappen; toepassing; uitoefening; vaardigheidsoefening; werkervaring
routine ervaring; praktijk; routine aanpak; arbeidsmethodiek; methode; sleur; werkmethode; werkwijze
skill ervaring; praktijk; routine behendigheid; bekwaamheid; deskundigheid; handigheid; kennis van zaken; kunde; kundigheid; kunst; kunstgreep; kunstje; truc; vaardigheid; vakarbeid; vakkundigheid; vakmanschap; vakwerk
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
experience beleven; ervaren; ervaren als; gewaarworden; ondervinden; voelen
practice aangrijpen; aanwenden; bekwamen; benutten; beoefenen; bezigen; coachen; gebruik maken van; gebruiken; hanteren; harden; herhalen; instuderen; leren; oefenen; ontwikkelen; praktiseren; repeteren; sport uitoefenen; toepassen; trainen; uitoefenen
practise aangrijpen; aanwenden; bekwamen; benutten; beoefenen; bezigen; coachen; gebruik maken van; gebruiken; hanteren; harden; herhalen; instuderen; leren; oefenen; ontwikkelen; praktiseren; repeteren; sport uitoefenen; toepassen; trainen; uitoefenen

Verwandte Wörter für "routine":

  • routines