Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. beklemdheid:
  2. beklemd:


Niederländisch

Detailübersetzungen für beklemdheid (Niederländisch) ins Spanisch

beklemdheid:

beklemdheid [de ~ (v)] Nomen

  1. de beklemdheid (gevoel van beklemming; benauwdheid)
    el bochorno; la angustia

Übersetzung Matrix für beklemdheid:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
angustia beklemdheid; benauwdheid; gevoel van beklemming angst; bangheid; schichtigheid; vrees
bochorno beklemdheid; benauwdheid; gevoel van beklemming broei; zwoelte

Verwandte Wörter für "beklemdheid":


beklemd:

beklemd Adjektiv

  1. beklemd (bekneld)
    atrapado
  2. beklemd (geklemd)
    angustiado; oprimido; atrapado

Übersetzung Matrix für beklemd:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
angustiado beklemd; geklemd angstig; bang; beklemmend; benauwend; bevreesd; bezorgd; in angst; ongerust; verontrust; verschrikt; vervaard; vreesachtig
atrapado beklemd; bekneld; geklemd klemgereden; klemgezet
oprimido beklemd; geklemd beklemmend; benauwend; onderdrukt; opgekropt; verbeten; verkropt

Verwandte Wörter für "beklemd":