Übersicht
Niederländisch nach Spanisch:   mehr Daten
  1. kosten maken:


Niederländisch

Detailübersetzungen für kosten maken (Niederländisch) ins Spanisch

kosten maken:

kosten maken Verb (maak kosten, maakt kosten, maakte kosten, maakten kosten, kosten gemaakt)

  1. kosten maken

Konjugationen für kosten maken:

o.t.t.
  1. maak kosten
  2. maakt kosten
  3. maakt kosten
  4. maken kosten
  5. maken kosten
  6. maken kosten
o.v.t.
  1. maakte kosten
  2. maakte kosten
  3. maakte kosten
  4. maakten kosten
  5. maakten kosten
  6. maakten kosten
v.t.t.
  1. heb kosten gemaakt
  2. hebt kosten gemaakt
  3. heeft kosten gemaakt
  4. hebben kosten gemaakt
  5. hebben kosten gemaakt
  6. hebben kosten gemaakt
v.v.t.
  1. had kosten gemaakt
  2. had kosten gemaakt
  3. had kosten gemaakt
  4. hadden kosten gemaakt
  5. hadden kosten gemaakt
  6. hadden kosten gemaakt
o.t.t.t.
  1. zal kosten maken
  2. zult kosten maken
  3. zal kosten maken
  4. zullen kosten maken
  5. zullen kosten maken
  6. zullen kosten maken
o.v.t.t.
  1. zou kosten maken
  2. zou kosten maken
  3. zou kosten maken
  4. zouden kosten maken
  5. zouden kosten maken
  6. zouden kosten maken
diversen
  1. maak kosten!
  2. maakt kosten!
  3. kosten gemaakt
  4. kosten makend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für kosten maken:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
gastar slijten; verslijten
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
gastar kosten maken aanwenden; benutten; doorjagen; doorleven; doorstaan; eroderen; gebruik maken van; gebruiken; iets uitgeven; opmaken; toepassen; uitgeven voor een maaltijd; verbruiken; verdragen; verduren; verstoken; verteren; verwerken; wegslijten; wegvreten
hacer gastos kosten maken
tener gastos kosten maken

Computerübersetzung von Drittern:

Verwandte Übersetzungen für kosten maken