Übersicht


Niederländisch

Detailübersetzungen für mankgaan (Niederländisch) ins Spanisch

mankgaan:

mankgaan Verb (ga mank, gaat mank, ging mank, gingen mank, mank gegaan)

  1. mankgaan (kreupel lopen; hinken; mank lopen)

Konjugationen für mankgaan:

o.t.t.
  1. ga mank
  2. gaat mank
  3. gaat mank
  4. gaan mank
  5. gaan mank
  6. gaan mank
o.v.t.
  1. ging mank
  2. ging mank
  3. ging mank
  4. gingen mank
  5. gingen mank
  6. gingen mank
v.t.t.
  1. ben mank gegaan
  2. bent mank gegaan
  3. is mank gegaan
  4. zijn mank gegaan
  5. zijn mank gegaan
  6. zijn mank gegaan
v.v.t.
  1. was mank gegaan
  2. was mank gegaan
  3. was mank gegaan
  4. waren mank gegaan
  5. waren mank gegaan
  6. waren mank gegaan
o.t.t.t.
  1. zal mankgaan
  2. zult mankgaan
  3. zal mankgaan
  4. zullen mankgaan
  5. zullen mankgaan
  6. zullen mankgaan
o.v.t.t.
  1. zou mankgaan
  2. zou mankgaan
  3. zou mankgaan
  4. zouden mankgaan
  5. zouden mankgaan
  6. zouden mankgaan
diversen
  1. ga mank!
  2. gaat mank!
  3. mank gegaan
  4. mank gaand
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für mankgaan:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
cojear hinken; kreupel lopen; mank lopen; mankgaan correct zijn; hinkelen; hinken; klepperen; kloppen
jugar a la pata coja hinken; kreupel lopen; mank lopen; mankgaan
jugar a la rayuela hinken; kreupel lopen; mank lopen; mankgaan
renquear hinken; kreupel lopen; mank lopen; mankgaan hinkelen; hinken
saltar a la pata coja hinken; kreupel lopen; mank lopen; mankgaan hinkelen; hinken