Übersicht


Niederländisch

Detailübersetzungen für straf (Niederländisch) ins Spanisch

straf:

straf [de ~] Nomen

  1. de straf (gevangenisstraf; hechtenis; boete; celstraf)
    el encarcelamiento; la pena de prisión; la prisión; la carcelería
  2. de straf (bestraffing; kastijding; tuchtiging)
    la sanción; el castigo

straf Adjektiv

  1. straf (pittig)
    fuerte

Übersetzung Matrix für straf:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
carcelería boete; celstraf; gevangenisstraf; hechtenis; straf
castigo bestraffing; kastijding; straf; tuchtiging afstraffing; strafmiddel; strafmiddelen
encarcelamiento boete; celstraf; gevangenisstraf; hechtenis; straf detentie; gevangen zetten; gevangenhouding; gevangenisstraf; hechtenis; internering; opsluiting; tuchthuisstraf; vrijheidsstraf
fuerte citadel; deurslot; kasteel; ridderkasteel; ridderslot; slot; sterke kant; sterke zijde
pena de prisión boete; celstraf; gevangenisstraf; hechtenis; straf celstraf; detentie; gevangenisstraf; internering; tuchthuisstraf; vrijheidsstraf
prisión boete; celstraf; gevangenisstraf; hechtenis; straf bajes; bak; detentie; doos; gevangenhouding; gevangenis; gevangenname; gevangenschap; hechtenis; huis van bewaring; inhechtenisneming; internering; inverzekeringstelling; kattenbak; lik; nor; opgesloten zijn; opsluiting; petoet; poezenbak; spinhuis; strafgevangenis; strafinrichting; strafplaats; tuchthuis; vrijheidsberoving
sanción bestraffing; kastijding; straf; tuchtiging afstraffing; akkoord; boete; fiat; goedkeuring; goedvinden; penalty; permissie; sanctie; toestemming
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
fuerte pittig; straf bitter teleurgesteld; blijvend; breed; dapper; degelijke; doordringend; duurzaam; duurzame; felle; ferm; fiks; flink; fors; fysiek sterk; grimmig; hard; hardop; heldhaftig; heroïsch; hoog; indringend; intens; intensief; keihard; kloek; krachtig; luid; massief; met een krachtige uitwerking; met hoge snelheid; moedig; moreel sterk; onderdrukt; onverschrokken; opgekropt; potig; robuust; schel; schel klinkend; scherp; schril; snerpend; solide; sterk; stevig; stevig gebouwd; stout; stoutmoedig; struis; uit de kluiten gewassen; verbeten; verbitterd; verkropt; zwaar; zwaargebouwd

Verwandte Wörter für "straf":


Verwandte Definitionen für "straf":

  1. vervelende maatregel omdat je iets deed wat niet mocht1
    • het kind moest voor straf om zeven uur naar bed1

Wiktionary Übersetzungen für straf:

straf
noun
  1. maatregel of behandeling ter vergelding van een misdaad of overtreding

Cross Translation:
FromToVia
straf fuerte hard — of drink: strong
straf castigo penalty — punishment for violating rules of procedure
straf castigo punishment — penalty for wrongdoing
straf sentencia; punición; condena; pena sentence — punishment imposed on a person convicted of a crime
straf agrio sharp — having an intense, acrid flavour
straf austero austère — Qui est rigoureux pour le corps et qui mortifier les sens et l’esprit. — note Se dit surtout des doctrines et des pratiques religieux.
straf castigo; afán; dolor peinepunition, sanction ou châtiment infliger(e) pour une faute commettre, pour un acte jugé répréhensible ou coupable.
straf fuerte puissant — Qui a beaucoup de pouvoir.
straf castigo; punición punitionaction de punir.
straf inclemente; severo; adusto sévère — Qui est rigide, sans indulgence.

Computerübersetzung von Drittern:

Verwandte Übersetzungen für straf