Home ->Wörterbücher ->Niederländisch/Spanisch ->übersetze verkondiger

übersetze verkondiger von Niederländische ins Spanisch

Übersicht

Niederländisch nach Spanisch: mehr Daten

verkondiger:
- predicador; cura; pastor; párroco; orador; precursor; predecesor; pastor protestante

Niederländisch

Detailübersetzungen für verkondiger (Niederländisch) ins Spanisch

verkondiger:

verkondiger [de ~ (m)] Nomen

de verkondiger
el predicador; el cura; el pastor; el párroco; el orador; el precursor; el predecesor; el pastor protestante
- predicador [el ~] Nomen
- cura [el ~] Nomen
- pastor [el ~] Nomen
- párroco [el ~] Nomen
- orador [el ~] Nomen
- precursor [el ~] Nomen
- predecesor [el ~] Nomen
- pastor protestante [el ~] Nomen

Übersetzung Matrix für verkondiger:

Noun	Verwandte Übersetzungen	Weitere Übersetzungen
cura	verkondiger	broeder; frater; herder; kloosterling; monnik; pastor; predikant; zielzorger
orador	verkondiger	lector; redenaar; redevoerder; spreker
pastor	verkondiger	bedienaar van de godsdienst; broeder; dominee; geestelijk herder; geestelijke; herder; herdersjongen; hoeder; pastoor; pastor; predikant; prediker; schapenhoeder; scheper; veehoeder; voorganger; zielzorger
pastor protestante	verkondiger	dominee; predikant; prediker; voorganger
precursor	verkondiger	aankondiger; aanwijzing; baanbreker; pionier; voorbode; voorganger; voorloper; voorteken; voortrekker; wegbereider
predecesor	verkondiger	vorige activiteit
predicador	verkondiger
párroco	verkondiger	herder; pastor; predikant; zielzorger

Verwandte Wörter für "verkondiger":

verkondigers