Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. ingetoetst:
  2. intoetsen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für ingetoetst (Niederländisch) ins Französisch

ingetoetst:

ingetoetst Adjektiv

  1. ingetoetst (ingevoerd)
    entré

Übersetzung Matrix für ingetoetst:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
entré ingetoetst; ingevoerd binnengetrokken; naar binnen

ingetoetst form of intoetsen:

intoetsen Verb (toets in, toetst in, toetste in, toetsten in, ingetoetst)

  1. intoetsen (intypen; intikken)
    taper à la machine; entrer; introduire; enfoncer
    • entrer Verb (entre, entres, entrons, entrez, )
    • introduire Verb (introduis, introduit, introduisons, introduisez, )
    • enfoncer Verb (enfonce, enfonces, enfonçons, enfoncez, )

Konjugationen für intoetsen:

o.t.t.
  1. toets in
  2. toetst in
  3. toetst in
  4. toetsen in
  5. toetsen in
  6. toetsen in
o.v.t.
  1. toetste in
  2. toetste in
  3. toetste in
  4. toetsten in
  5. toetsten in
  6. toetsten in
v.t.t.
  1. heb ingetoetst
  2. hebt ingetoetst
  3. heeft ingetoetst
  4. hebben ingetoetst
  5. hebben ingetoetst
  6. hebben ingetoetst
v.v.t.
  1. had ingetoetst
  2. had ingetoetst
  3. had ingetoetst
  4. hadden ingetoetst
  5. hadden ingetoetst
  6. hadden ingetoetst
o.t.t.t.
  1. zal intoetsen
  2. zult intoetsen
  3. zal intoetsen
  4. zullen intoetsen
  5. zullen intoetsen
  6. zullen intoetsen
o.v.t.t.
  1. zou intoetsen
  2. zou intoetsen
  3. zou intoetsen
  4. zouden intoetsen
  5. zouden intoetsen
  6. zouden intoetsen
en verder
  1. is ingetoetst
diversen
  1. toets in!
  2. toetst in!
  3. ingetoetst
  4. intoetsend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für intoetsen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
enfoncer intikken; intoetsen; intypen aanslaan; doordrukken; doorstoten; drukkend door iets heen brengen; heien; indrukken; induwen; inheien; inkloppen; kraken; losbreken; naar beneden drukken; neerdrukken; openbreken; openhakken; opentrappen; taxeren
entrer intikken; intoetsen; intypen betreden; binnen gaan; binnengaan; binnenkomen; binnenlopen; binnenstappen; binnentreden; doen in; inbrengen; indoen; ingaan; instoppen; invoeren; penetreren
introduire intikken; intoetsen; intypen binnen brengen; binnen halen; binnenlaten; binnenleiden; binnenloodsen; binnenroepen; geld opleveren; inbrengen; inleiden; introduceren; invoegen; kennis laten maken; naarbinnen laten; openen; voorstellen
taper à la machine intikken; intoetsen; intypen machineschrijven; tikken; typen