Übersicht
Niederländisch nach Französisch:   mehr Daten
  1. toegedaan:
  2. toedoen:
  3. Wiktionary:


Niederländisch

Detailübersetzungen für toegedaan (Niederländisch) ins Französisch

toegedaan:

toegedaan Adjektiv

  1. toegedaan
    dévoué

Übersetzung Matrix für toegedaan:

ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
dévoué toegedaan aanhangend; aanhankelijk; eerlijk; fideel; gehecht; getrouw; loyaal; openhartig; oprecht; rondborstig; toegewijd; trouw; trouwhartig; verknocht

Verwandte Wörter für "toegedaan":

  • toegedane

toedoen:

toedoen Verb (doe toe, doet toe, deed toe, deden toe, toegedaan)

  1. toedoen (dichtdoen; afsluiten; sluiten; toemaken)
    fermer; clore; verrouiller; boucler
    • fermer Verb (ferme, fermes, fermons, fermez, )
    • clore Verb (clos, clot, closent, clorai, )
    • verrouiller Verb (verrouille, verrouilles, verrouillons, verrouillez, )
    • boucler Verb (boucle, boucles, bouclons, bouclez, )
  2. toedoen (dichtdoen; sluiten; dichtmaken; toetrekken)
    fermer; clore; boucler; verrouiller; cacheter; apposer les scellés
    • fermer Verb (ferme, fermes, fermons, fermez, )
    • clore Verb (clos, clot, closent, clorai, )
    • boucler Verb (boucle, boucles, bouclons, bouclez, )
    • verrouiller Verb (verrouille, verrouilles, verrouillons, verrouillez, )
    • cacheter Verb (cachette, cachettes, cachetons, cachetez, )

Konjugationen für toedoen:

o.t.t.
  1. doe toe
  2. doet toe
  3. doet toe
  4. doen toe
  5. doen toe
  6. doen toe
o.v.t.
  1. deed toe
  2. deed toe
  3. deed toe
  4. deden toe
  5. deden toe
  6. deden toe
v.t.t.
  1. heb toegedaan
  2. hebt toegedaan
  3. heeft toegedaan
  4. hebben toegedaan
  5. hebben toegedaan
  6. hebben toegedaan
v.v.t.
  1. had toegedaan
  2. had toegedaan
  3. had toegedaan
  4. hadden toegedaan
  5. hadden toegedaan
  6. hadden toegedaan
o.t.t.t.
  1. zal toedoen
  2. zult toedoen
  3. zal toedoen
  4. zullen toedoen
  5. zullen toedoen
  6. zullen toedoen
o.v.t.t.
  1. zou toedoen
  2. zou toedoen
  3. zou toedoen
  4. zouden toedoen
  5. zouden toedoen
  6. zouden toedoen
en verder
  1. ben toegedaan
  2. bent toegedaan
  3. is toegedaan
  4. zijn toegedaan
  5. zijn toegedaan
  6. zijn toegedaan
diversen
  1. doe toe!
  2. doet toe!
  3. toegedaan
  4. toedoend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

toedoen [het ~] Nomen

  1. het toedoen
    le concours

Übersetzung Matrix für toedoen:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
concours toedoen concours; concoursen; coöperatie; medewerking; partij; pot; samenloop; strijd; strijden; vechten; wedstrijd; wedstrijden
VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
apposer les scellés dichtdoen; dichtmaken; sluiten; toedoen; toetrekken verzegelen
boucler afsluiten; dichtdoen; dichtmaken; sluiten; toedoen; toemaken; toetrekken aangespen; aantrekken; afgrendelen; afsluiten; borgen; dichtbinden; dichtdoen; dichtgespen; dichtmaken; dichtsnoeren; dichttrekken; gespen; grendelen; in de krul zetten; kroezen; krullen; locken; omgespen; op slot doen; op slot zetten; sluiten; toebinden; toegespen; vastgespen; vergrendelen
cacheter dichtdoen; dichtmaken; sluiten; toedoen; toetrekken bezegelen; stempel zetten; stempelen; van zegel voorzien; verzegelen
clore afsluiten; dichtdoen; dichtmaken; sluiten; toedoen; toemaken; toetrekken afgrendelen; afsluiten; borgen; dichtbinden; dichtdoen; dichtmaken; grendelen; locken; naar einde toewerken; omheinen; op slot doen; op slot zetten; sluiten; toebinden; toedraaien; vergrendelen
fermer afsluiten; dichtdoen; dichtmaken; sluiten; toedoen; toemaken; toetrekken afbakenen; afgrendelen; afpalen; afsluiten; afzetten; begrenzen; blokkeren; borgen; dicht maken; dichtbinden; dichtdoen; dichtdraaien; dichtmaken; grendelen; locken; naar einde toewerken; nullificeren; omlijnen; ondervangen; op slot doen; op slot zetten; opheffen; sluiten; stremmen; teniet doen; toebinden; toedraaien; vergrendelen; verijdelen; vernietigen
verrouiller afsluiten; dichtdoen; dichtmaken; sluiten; toedoen; toemaken; toetrekken afgrendelen; afschermen; afsluiten; borgen; dichtdoen; dichtmaken; grendelen; locken; naar einde toewerken; op slot doen; op slot zetten; sluiten; stijf worden; stremmen; toedraaien; vergrendelen

Wiktionary Übersetzungen für toedoen:

toedoen
noun
  1. À trier
  2. action d’apporter son soutien physiquement, verbalement, financièrement ou de tout autre manière.
verb
  1. Clore.

Computerübersetzung von Drittern:

Verwandte Übersetzungen für toegedaan