Synonyms for "graseten" in Niederländisch
Niederländisch
Detailed Synonyms for graseten in Niederländisch
graseten:
-
graseten
weiden;
grazen;
afgrazen;
graseten
-
weiden
Verb
(weid, weidt, weidde, weidden, geweid)
-
grazen
Verb
(graas, graast, graasde, graasden, gegraasd)
-
afgrazen
Verb
(graas af, graast af, graasde af, graasden af, afgegrazen)
-