Übersicht
Niederländisch nach Schwedisch:   mehr Daten
  1. dubbelgevouwen:
  2. dubbelvouwen:


Niederländisch

Detailübersetzungen für dubbelgevouwen (Niederländisch) ins Schwedisch

dubbelgevouwen:

dubbelgevouwen Adjektiv

  1. dubbelgevouwen (dubbelgeklapt)
    vikt; vikd

Übersetzung Matrix für dubbelgevouwen:

NounVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
vikt aantal kilogrammen; belang; belangrijkheid; gewicht; gewichtigheid; gewichtsklasse; gravitatie; import; invoer; urgentie; zwaarte; zwaartekracht
ModifierVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
vikd dubbelgeklapt; dubbelgevouwen
vikt dubbelgeklapt; dubbelgevouwen gevouwen

dubbelgevouwen form of dubbelvouwen:

dubbelvouwen Verb (vouw dubbel, vouwt dubbel, vouwde dubbel, vouwden dubbel, dubbelgevouwen)

  1. dubbelvouwen
    vika ihop
    • vika ihop Verb (viker ihop, vikte ihop, vikt ihop)

Konjugationen für dubbelvouwen:

o.t.t.
  1. vouw dubbel
  2. vouwt dubbel
  3. vouwt dubbel
  4. vouwen dubbel
  5. vouwen dubbel
  6. vouwen dubbel
o.v.t.
  1. vouwde dubbel
  2. vouwde dubbel
  3. vouwde dubbel
  4. vouwden dubbel
  5. vouwden dubbel
  6. vouwden dubbel
v.t.t.
  1. heb dubbelgevouwen
  2. hebt dubbelgevouwen
  3. heeft dubbelgevouwen
  4. hebben dubbelgevouwen
  5. hebben dubbelgevouwen
  6. hebben dubbelgevouwen
v.v.t.
  1. had dubbelgevouwen
  2. had dubbelgevouwen
  3. had dubbelgevouwen
  4. hadden dubbelgevouwen
  5. hadden dubbelgevouwen
  6. hadden dubbelgevouwen
o.t.t.t.
  1. zal dubbelvouwen
  2. zult dubbelvouwen
  3. zal dubbelvouwen
  4. zullen dubbelvouwen
  5. zullen dubbelvouwen
  6. zullen dubbelvouwen
o.v.t.t.
  1. zou dubbelvouwen
  2. zou dubbelvouwen
  3. zou dubbelvouwen
  4. zouden dubbelvouwen
  5. zouden dubbelvouwen
  6. zouden dubbelvouwen
en verder
  1. ben dubbelgevouwen
  2. bent dubbelgevouwen
  3. is dubbelgevouwen
  4. zijn dubbelgevouwen
  5. zijn dubbelgevouwen
  6. zijn dubbelgevouwen
diversen
  1. vouw dubbel!
  2. vouwt dubbel!
  3. dubbelgevouwen
  4. dubbelvouwend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Übersetzung Matrix für dubbelvouwen:

VerbVerwandte ÜbersetzungenWeitere Übersetzungen
vika ihop dubbelvouwen opklappen; toevouwen