Modifier | Verwandte Übersetzungen | Weitere Übersetzungen |
andauernd
|
onvermoeibaar
|
aaneengesloten; aanhoudend; aldoor; almaar; altijddurend; blijvend; constant; continu; continue; de hele tijd; doorlopend; eeuwig; gedurig; hardnekkig; onafgebroken; onafgelaten; ononderbroken; onophoudelijk; steeds; telkens; voortdurend
|
anhaltend
|
onvermoeibaar
|
aaneengesloten; aanhoudend; aldoor; almaar; altijddurend; blijvend; constant; continu; continue; de hele tijd; doorlopend; eeuwig; gedurig; hardnekkig; onafgebroken; onafgelaten; ononderbroken; onophoudelijk; steeds; telkens; voortdurend
|
bewandert
|
bedreven; noest; onvermoeibaar
|
bedreven; bekwaam; doorkneed; ervaren; geoefend
|
eifrig
|
bedreven; noest; onvermoeibaar
|
actief; ambitieus; bedrijvig; bezet; bezeten; bezig; daadkrachtig; druk; drukbezet; drukpratend; dynamisch; eerzuchtig; energiek; fanatiek; geanimeerd; geil; gepassioneerd; gretig; happig; hartstochtelijk; heet; heetbloedig; hitsig; opgewonden; seksueel opgewonden; stormachtig; streverig; temperamentvol; vurig; warmbloedig
|
emsig
|
bedreven; noest; onvermoeibaar
|
actief; bedrijvig; bezet; bezig; druk; drukbezet; drukpratend; geanimeerd; ijverig; naarstig; nijver; verwoed; vlijtig
|
fortwährend
|
onvermoeibaar
|
aaneengesloten; aanhoudend; aldoor; almaar; altijd; altijddurend; blijvend; constant; continu; continue; de hele tijd; doorgaand; doorlopend; eeuwig; gedurig; gelijkmatig; gestaag; hardnekkig; immer; onafgebroken; onafgelaten; ononderbroken; onophoudelijk; permanent; steeds; telkens; voortdurend
|
konstant
|
onvermoeibaar
|
aanhoudend; aldoor; almaar; altijddurend; constant; continue; de hele tijd; doorlopend; eeuwig; gedurig; onafgebroken; onafgelaten; ononderbroken; onophoudelijk; steeds; telkens; voortdurend
|
kontinuierlich
|
onvermoeibaar
|
aaneengesloten; aanhoudend; altijddurend; blijvend; constant; continu; continue; de hele tijd; doorgaand; doorlopend; eeuwig; hardnekkig; onafgebroken; onafgelaten; ononderbroken; onophoudelijk; voortdurend
|
rastlos
|
bedreven; noest; onvermoeibaar
|
ongedurig; rusteloos
|
ständig
|
onvermoeibaar
|
aldoor; almaar; altijd; blijvend; continue; de hele tijd; doorgaand; doorlopend; gedurig; gelijkmatig; geregeld; gestaag; ononderbroken; onophoudelijk; op vaste tijden; regelmatig; regulier; steeds; steevast; telkens; voortdurend
|
unablässig
|
onvermoeibaar
|
aaneengesloten; aanhoudend; altijddurend; blijvend; constant; continu; continue; doorlopend; eeuwig; onafgebroken; onafgelaten; ononderbroken; onophoudelijk; onverdroten; onvermoeid; voortdurend
|
unermüdlich
|
bedreven; noest; onvermoeibaar
|
niet aflatend; onverdroten; onvermoeid
|
ununterbrochen
|
onvermoeibaar
|
aaneengesloten; aanhoudend; aldoor; almaar; altijddurend; blijvend; constant; continu; continue; de hele tijd; doorlopend; eeuwig; gedurig; gelijkmatig; gestaag; onafgebroken; onafgelaten; ononderbroken; onophoudelijk; steeds; telkens; voortdurend; zonder onderbreking
|
unverdrossen
|
onvermoeibaar
|
aldoor; almaar; continue; de hele tijd; gedurig; ononderbroken; onophoudelijk; onverdroten; onvermoeid; steeds; telkens; voortdurend
|